maandag 31 maart 2008

Jules Dassin : Du Rififi chez les Hommes

De Amerikaanse regisseur Jules Dassin is overleden aan de gevolgen van een griepaanval. Dassin was vooral bekend vanwege zijn film noirs-palmares, zoals Night in the City, The Naked City en Du Rififi chez les Hommes. Daartegenover staan dan weer zijn sprankelende levensfilms, zoals Never on Sunday en Topkapi. Hij stond op de beruchte Hollywood Blacklist, de lijst van scenaristen, acteurs, regisseurs en andere Amerikanen uit de entertainement industry die wegens hun vermeende politieke sympathieën geweerd werden uit Hollywood. Dassin vertrok naar Frankrijk en later naar Griekenland met zijn vrouw Melina mercouri (later overigens nog Grieks minister van Cultuur). Dassin was overigens de vader van de zanger Joe Dassin, die zijn vader in 1980 op 42-jarige leeftijd voorging na een hartaanval. Vader Dassin werd 96.

Hier alvast de trailer van Du Rififi chez les Hommes (1955, regieprijs op het festival van Cannes), door François Truffaut nog beschreven als de beste film noir die hij ooit gezien heeft (de hoofdrol wordt overigens vertolkt door de in Antwerpen geboren Jean Servais):

Nikolai Baibakov : De laatste Stalin-minister

Nikolai Konstantinovich Baibakov is gestorven, de laatste Sovjet-minister die nog onder Stalin gediend heeft. Baibakov, een Azeri van geboorte, werd na zijn militaire dienst hoofd van een aardolieproductiedepartement in een industriëel complex in de Sovjetunie. Later werd hij hoofdingenieur, nog wat later algemeen directeur. In het begin van de Duitse invasie van Rusland was hij verantwoordelijk voor het evacueren van de olie-industrie naar de oostelijke gebieden. Van 1944 tot 1946 was hij narkom (Sovet Narodnykh Komissarov SSSR oftewel volkscommissaris) van de olie-industrie. Wegens zijn succes van het plannen van die industrie werd hij twee keer hoofd van het Gosplan (het plancomité) van de USSR, in 1955-1957 en 1965-1985. In 1985 werd hij buitengebonjourd wegens zijn vasthouden aan een gecentraliseerd economisch model. Baibakov, nog gedecoreerd tot Held van de Socialistische Arbeid, werd 97.

zondag 30 maart 2008

Dith Pran : The Killing Fields

De in Cambodja geboren journalist Dith Pran is in een ziekenhuis in New Jersey. Prans leven was de inspiratie voor de film The Killing Fields (1984), een Brits drama over het regime van de Khmer Rouge. De film vertelt het verhaal van de New York Times-journalist Sydney Schandberg, die het leven wil redden van zijn lokale correspondent Dith Pran. Die was in Cambodja gebleven na de machtsovername door de Rode Khmer. Pran mocht het land niet meer uit en na vier jaren van marteling en uithongering wist hij tenslotte via Thailand te ontsnappen. De term Killing Fields werd door de Cambodjaan uitgevonden om de stapels lijken en botten te beschrijven die hij op zijn vlucht zag. Zijn drie broers overleefden de Khmer niet. Pran, die 65 werd, leed al enige tijd aan alvleesklierkanker.



zaterdag 29 maart 2008

Angus Fairhurst : The Young British Artist

De Britse kunstenaar Angus Fairhurst heeft zichzelf opgehangen in het Schotse Argyll. Hij was één van de Young British Artists, een groep kunstenaars die bijna allemaal aan het Londense Goldsmith College studeerden. Hij was één van de bedenkers van de tentoonstelling Freeze in 1988, die de carrières van veel YBA's lanceerde. Zijn werk werd gekenmerkt door visuele vertekeningen en grapjes; in 1991 maakte hij bijvoorbeeld een stuk waarin de telefoons van de belangrijkste kunstverdelers van Londen op elkaar werden aangesloten, zodat ze alleen met elkaar konden praten. Hij wilde hiermee aantonen dat de kunstwereld vaak alleen in zichzelf geïnteresseerd is. Anghurst werkte met verschillende media, waaronder video's, fotografie en schilderijen, maar hij is vooral bekend vanwege zijn sculpturen van gorilla's. De veelgeprezen Brit werd slechts 41.

Valentino Fois: in de schaduw van Pantani

De Italiaanse wielrenner Valentino Fois is dood aangetroffen in zijn huis in Bergamo. Dat meldt La Gazzetta dello Sport. Hij was pas 34 jaar.

Fois werd profrenner in 1996 maar boekte nooit grote successen. In 2002 reed hij aan de zijde van de betreurde Marco Pantani bij Mercatone Uno, maar hij werd toen voor drie jaar geschorst voor een dopingzaak uit het verleden.

In november 2007 vierde Fois zijn terugkeer in het peloton bij Amore e Vita. Hij kwam toen recht uit de gevangenis nadat hij een celstraf van 100 dagen had uitgezeten voor de diefstal van enkele draagbare computers uit het redactielokaal van een plaatselijke krant.

Net als zijn gewezen kopman Marco Pantani sukkelde Fois met een drugsverslaving die hem waarschijnlijk fataal is geworden. De precieze doodsoorzaak is nog niet bekend maar een gewelddadige dood wordt uitgesloten. Het lichaam van Fois werd gevonden door zijn moeder, met wie hij samenleefde. (afp/ka)

dinsdag 25 maart 2008

Abby Mann : Kojak

Abraham Goodman, alias Abby Mann, is niet meer. Dat zegt u misschien niet veel, ware het niet dat Mann de man is achter de beroemde televisiereeks Kojak, u weet wel, die lollylikkende detective met zijn haarsnit à la biljartbal (persoonlijk veel naar gekeken, doch dit geheel terzijde). Naast dat meesterwerk werd hij vooral bekend door zijn keuze voor controversiële onderwerpen en sociaal drama. Zijn (andere) beroemdste werk is Judgement at Nuremberg, waar wijlen Richard Widmark (vide infra) in meespeelde. Mann werd 80.

maandag 24 maart 2008

Ed Leeflang... nou ja, zo erg lang nu ook weer niet


Het was een donkere week voor de poëzie. Naast Hugo stierf immers ook de net iets minder bekende dichter Ed Leeflang, en dit op de niet eens zo hoge ouderdom van 78 jaar. Bijzonder aan Ed Leeflang (geen pseudoniem overigens; die Nederlanders toch) is dat hij pas op zijn vijftigste debuteerde, gezien zijn naam dacht hij allicht dat hij nog alle tijd had. Zijn debuut "De Hazen en Andere Gedichten" werd meteen bekroond met de Jan Campertprijs, en algauw groeide Ed uit tot een veelgelezen toegankelijk auteur. De kritiek had het vaak minder op zijn werk begrepen: zijn poëzie werd al te realistisch en soms zelfs oubollig genoemd. Oordeelt u vooral zelf:

Hoor Prediker. Over de dommen en gevatten
gaat onze zon op en de dood
veegt in zijn zeeën straks
weer achteloos hun woordenschatten

Medische muizen zijn al ongelijk
Hele families snappen niet, andere raden
hoe de verborgen kaas het snelste wordt bereikt

Ze zijn naar huis.

En ook vandaag heb ik getornd aan fatum
en ben ik opgestaan, zoals het hoort,
tegen gemakzucht van de erfelijkheid

(Ed Leeflang)

Richard Widmark : 'That damned laugh of mine!'

Richard Widmark is overleden na een slepende ziekte. Widmark was een Hollywood-acteur die een onvergetelijke performance neerzette als de de giechelende moordenaar Tommy Udo in zijn debuut Kiss of Death uit 1947. Voor die rol kreeg hij een Oscarnominatie en een Golden Globe award voor best newcomer. Zijn lach in de film zou hem nog jaren achtervolgen. Na volgden onder meer Kiss of DeathDon't Bother to Knock (1952) waarin hij naast Marilyn Monroe optrad, het Koude Oorlog-drama The Bedford Incident (1965, een film die hij ook mee producete), Judgement at Nuremberg (1961) en How the West was won (1962). Zijn laatste rol was in True Colors (1991), hoewel hij nog af en toe op televisie verscheen. Widmark werd 93.




Een fragment uit Kiss of Death:

Neil Aspinall : De Vijfde Beatle

De vriend en financiële manager van de Fab Four is niet meer. Neil Aspinall was de eerste road manager van het wereldberoemde viertal uit Liverpool, die in zijn bestelwagentje de Beatles ter plaatse bracht voor hun optredens. In 1960 ontwierp hij de affiche voor hun eerste optreden, om zich later als chef van Apple Corps om de commerciële belangen van de groep te bekommeren. Op enkele platen van de Beatles is hij zelfs zelf te horen; in Yellow Submarine zingt hij mee in het achterkoor. Meestal bespeelde hij expotische instrumenten.
De 'vijfde Beatle' werd 66; hij overleed aan longkanker.

zaterdag 22 maart 2008

Israel López : No more Mambo


Israel López, bijgenaamd 'Cachao', is niet meer. López wordt algemeen beschouwd als de uitvinder van de mambo. In de jaren '30 begonnen López en zijn broer Orestes te experimenteren met Afro-Cubaanse muziek; in 1937 werd uit deze improvisatiesessies de mambo geboren. Vanaf de jaren '50 groeide het genre in populariteit. In 1962 emigreerde Cachao naar de Verenigde Staten, waar hij optrad met andere groten zoals Tito Puente, Tito Rodrigues en Gloria Estefan. In 2003 kreeg hij een ster op de Hollywood Walk of Fame. López werd 89.




vrijdag 21 maart 2008

Maurice Maréchal : Tante Zenobie

Weekblad Kuifje beleeft geen goede dagen. Naast uitgever Raymond Leblanc heeft ook tekenaar Maurice Maréchal deze wereld vaarwel gezegd. Maréchal, die naast zijn tekenaarscarrière ook nog professor literatuur was aan de universiteit van Luik, debuteerde in 1950 in de stripwereld met de hulp van Raymond Macherot, de tekenaar van Chlorophyl en Clifon, in het weekblad Kuifje. In 1957 creëerde hij Prudence Petitpas (wat dan Tante Zenobie werd in het Nederlands), naar het voorbeeld van Miss Marple. In het Nederlands zijn er maar 4 verhalen van Tante Zenobie verschenen. Van de reeks werd ook een tekenfilm gemaakt. Maréchal werd 85.

Raymond Leblanc : Van 7 tot 77

Menigeen onder u heeft ooit wel eens het weekblad Kuifje gelezen (iedere donderdag). Weet dan dat de bezieler ervan gestorven is, Raymond Leblanc. Naast Kuifje hield hij zich ook bezig met de uitgeverije Lombard en in de jaren '60 en '70 met tekenfilms, van zowel Kuifje als de reeks Johan en Pirrewiet. Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog overtuigde hij Hergé om een tijdschrift voor jongeren van 7 tot 77 te lanceren; op 26 september 1946 resulteerde dit in het eerste nummer van Kuifje (in het Frans én het Nederlands). Op enkele dagen was de volledige oplage van 600.000 exemplaren uitverkocht. Samen met zijn tegenhanger, het weekblad Robbedoes, lag Kuifje aan de oorsprong van veel nieuw Belgisch striptalent. Meneer Kuifje werd 92.

woensdag 19 maart 2008

Het hemelse verdriet om Hugo


Daar ligt hij dan. Hugo Claus, geëuthaniseerd. Geveld op eigen verzoek, de eik en de eikel van de Vlaamse literatuur. Sinds enkele uren zijn alle overzichten van de Vlaamse literatuur gedateerd: niet langer is Hugo Claus de grootste nog levende Vlaamse auteur. Waarom wordt de jarenlang gedoodverfde maar nu dode en dus defintief gediskwalificeerde Nobelprijswinnaar hier op het eerste zicht nogal respectloos als eik en tegelijk eikel omschreven? Omdat malle Hugo zelf niets anders gewild had natuurlijk. In zijn werk streefde hij er immers naar het banale en het verhevene tot iets unieks te versmelten (tiens, waar hebben we dat nog gehoord?).
Dit blijkt wanneer ik hier even door zijn kolossale verzamelbundel "Gedichten 1948-1993" (1109 blz., en ook na 1993 volgden nog ettelijke verzen) blader. Gedichten over Parmenides, Cellini of Flaubert worden afgewisseld met scabreuze odes als "De geur van haar kut&kont verwart haar" of de simpele maar dodelijk doeltreffende zelfspot van "word ik nog ooit de teenager van de week?"

Jammer dus dat enkel die paar toegankelijke en hopeloos romantische gedichten (Als dan het koperen keteltje vol as, en ja ook het gelijnd muziekpapier zal ons weer door de strot geramd worden) de komende dagen tot in den treure herhaald zullen worden. Net als fragmenten uit dat ene magnum opus, het dit jaar vijfentwintig winters jonge het verdriet van België. Terwijl veelzijdigheid nu net zijn grootste kracht was.

Veelzijdigheid. Alle kunsttakken in zich hebben, en op alle vlakken ook nog eens zoveel mogelijk de herhaling vermijden. Het begon al met zijn romandebuut, het haast vergeten "De Metsiers" uit 1950, een streekroman die elk werk in dit genre (even goed luisteren beste Mortieren en Pleysieren van deze wereld) wat nog zou volgen al voor verschijnen stilletjes in een hoekje laat verdwijnen. Een volledige opsomming van hoogstpersoonlijke hoogtepunten is, om al maar meteen de titel van een prachtige dichtbundel van onze reus te citeren, onbegonnen werk. Op prozagebied moeten zeker het gelaagde "De verwondering", het ronduit geile "Jessica!", het bevreemdend autobiografische "het jaar van de kreeft" en vooruit dan maar, je kan er niet omheen, dat stuk verdriet vermeld worden. Als dichter bereikte Claus al erg vroeg zijn top, met de revolutionaire bundel "De Oostakkerse Gedichten" waarmee hij de taal torpedeerde zoals in Vlaanderen niemand hem ooit voorgedaan had, en ook nimmer meer zou nadoen. Als toneelschrijver duldde ons eikeltje al helemaal geen concurrentie in het Nederlandse taalgebied: Suiker, Vrijdag, Het Leven en de Werken van Leopold II, het waren stuk voor stuk taboedoorbrekende werken die ook vandaag nog actueel zijn. En moest dit artikel niet al veel te lang zijn, ik zou ook nog eens stille staan bij zijn rol als Cobraschilder, beeldhouwer, scenarist en regisseur van talloze (toegegeven, soms nogal bedenkelijke) Vlaamse films.

Laat het ons herhalen als de Alzheimerpatiënt die hij niet wou worden: Hugo Claus is dood. Hugo Claus is dood. Hugo Claus is dood. Hugo Claus...

Chantal Sébire : Adieu, Souffrance

Enkele uren na de euthanasie van Hugo Claus was het de beurt aan Chantal Sébire om dit ondermaanse te verlaten. Haar vertrek ging wel net dat tikkeltje minder vlot (zowel fysiek als legaal); Sébire, een gepensioneerde lerares uit Dijon, leed namelijk de voorbije 7 jaar aan esthesioneuroblastoma, een tumor in de sinussen en de neusholte. Deze zeldzame ziekte - in 20 jaar kwam ze wereldwijd 200 keer voor - is ongeneeslijk en veroorzaakt een onomkeerbare misvorming van het gelaat. In tegenstelling tot België is actieve euthanasie in Frankrijk echter niet toegelaten; haar vraag werd verworpen met als uitleg dat haar toestand wel medelijden opwekte, maar dat de wet niet toestaat om te helpen bij zelfmoord. Ze was al tot bij de Franse president Sarkozy gegaan, zonder gevolg. Op het einde was ze blind, was ze haar smaakzin kwijt en leed ze naar eigen zeggen intense pijnen, waardoor ze niet meer kon slapen. Niemand zou een dier laten ondergaan wat zij meemaakte, zei ze nog.
Of de tumor het laatste woord heeft gehad, is nog onbekend; de oorzaak van overlijden is nog niet duidelijk. Chantal Sébire, die 52 werd, heeft in ieder geval wel het debat over euthanasie in Frankrijk terug in de schijnwerpers gezet.

Paul Scofield: het doek valt

De Britse film-en theateracteur Paul Scofield is op 86-jarige leeftijd aan leukemie gestorven. In 1967 kreeg hij een Oscar voor beste acteur in "A man for all seasons". In 1995 sleepte hij een nominatie in de wacht voor beste mannelijke bijrol in "Quiz show".

Nochtans begon hij zijn carrière op het podium. Hij verwierf al snel faam door zijn rollen in stukken van William Shakespeare. Zo vertolkte hij King Lear in de filmversie uit 1972, en speelde hij Henry V in een regie van Kenneth Branagh uit 1989.

Scofield kreeg in 1956 de titel van "Commander of the British Empire" na een rol als "Hamlet". Hij weigerde echter het ridderschap. Hij is omringd door zijn familie overleden in zijn woonst in Sussex.

"Van de tien grootste theatermomenten heeft Paul Scofield er acht op zijn naam staan", heeft acteur Richard Burton ooit beweerd.

Childhood's End: Arthur C. Clarke begint zijn laatste Odyssee


Vandaag stierf, op negentigjarige leeftijd, Arthur C. Clarke, een van de belangrijkste sciencefictionauteurs van de twintigste eeuw. Clarke werd beroemd om zijn succesvolle samenwerking met regisseur Stanley Kubrick, waaruit het fantastische 2001: A Space Odyssey ontstond. Kubrick nam de film voor zijn rekening, Clarke de roman.

Samen met Isaac Asimov en Robert A. Heinlein maakte Arthur C. Clarke deel uit van de Heilige Drievuldigheid van het Gouden Tijdperk van de sciencefiction, in de jaren vijftig en zestig. Waar hun voorgangers uit de jaren dertig en veertig nog nerdige wetenschappertjes waren die af en toe wat flinterdunne verhaaltjes publiceerden in de talloze sciencefictiontijdschriften van de Verenigde Staten, behoorden zij tot een generatie schrijvers die, goed op de hoogte van de nieuwste wetenschappelijke kennis, een kijkje gingen nemen over het hek bij de buren van de mainstream literatuur. Zo konden zij hun - vaak briljante - wetenschappelijke ideeën verkondigen met behulp van de technische kunde van hun collega-literatoren uit de "serieuze" tak van de Amerikaanse letterkunde. Deze laatsten gingen dan later op hun beurt weer te leen bij deze vreemde mannetjes, die zich met buitenaardse wezens, tijd- en ruimtereizen en computers bezighielden, en deze wederzijdse uitwisseling van ideeën en technieke versnelde tot sciencefiction een volwaardige - en vaak niet te onderscheiden - tak van de postmodernistische literatuur werd.

Maar hoe zeer Clarke en zijn collega's ook gelauwerd werden als auteurs, in de eerste plaats waren zij wetenschappers. Clarke publiceerde uitgebreid in de wetenschappelijke vakpers en hij heeft talloze uitvindingen op zijn naam staan. De bekendste is waarschijnlijk wel de geostationaire communicatiesatelliet. De baan waarin deze tuigen rond de aarde cirkelen, op 36.000 km hoogte en op een vast punt boven de evenaar, heet dan ook officieel het Clarke orbit.

Clarke's belangrijkste literaire wapenfeit blijft 2001: A Space Odyssey uit 1968. Samen met Stanley Kubrick werkte hij het verhaal uit, waarbij zij zich baseerden op enkele vroegere kortverhalen van Clarke, voornamelijk The Sentinel uit 1951. Terwijl hij dat verhaal dan tot een roman verwerkte, draaide Kubrick de legendarische prent, die nog steeds te boek staat als een van de belangrijkste films uit de geschiedenis.

Arthur C. Clarke schreef honderden romans, kortverhalen en wetenschappelijke essays. Zijn laatste werk, de roman Firstborn, werkte hij af in 2007.



Meer informatie.

dinsdag 18 maart 2008

Anthony Mingella: oscarwinnende regisseur

De Britse regisseur Anthony Minghella is op 54-jarige leeftijd overleden, nadat hij een bloedklonter in de hersenen kreeg na een nekoperatie. Minghella won in 1996 de Oscar voor beste regisseur voor The English Patient, een film die in totaal 12 keer genomineerd werd, en uiteindelijk 9 beeldjes in de wacht sleepte. Voor dezelfde film kreeg hij ook een Golden Globe Award. Hij nam ook de regie van andere kaskrakers zoals The Talented Mister Ripley (5 oscarnominaties) en Cold Mountain (7 oscarnominaties, 1 oscar) voor zijn rekening.

Zijn regisseurscarrière nam een hoge vlucht na Truly, Madly, Deeply uit 1990, dat eerst enkel als televisiefilm bedoeld was, maar uiteindelijk ook in de bioscoop gereleasd werd. Op het moment van zijn overlijden had Minghella net een nieuw werkje klaar: “The No.1 Ladies Detective Agency” met Jill Scott in de hoofdrol.

Wetenswaardigheidje: Hij was een grote fan van voetbalclub Portsmouth FC.

Pete Tovey : Attack of the Killer Robot

Sommigen kiezen voor euthanasie om voor immer heen te gaan, anderen willen het wat creatiever aanpakken. De Australiër Pete Covey liet zichzelf ombrengen door een zelfgemaakte 'killer robot'; de plannen om het ding ineen te knutselen had hij op internet gevonden. De 81-jarige timmerman-op-pensioen kon het niet verkroppen dat hij zijn huis zou moeten ruilen voor een bejaardentehuis. Toen het ding eenmaal af was, zette Tovey hem op zijn oprit, ging er zelf voor zitten en activeerde hem met een afstandsbediening. De robot schoot hem vier keer in het hoofd met een halfautomatisch .22 pistool. Tovey had opzettelijk voor de oprit gekozen, omdat hij wilde dat de buren zijn lijk zouden vinden - wat ook gebeurde.

zondag 16 maart 2008

Ola Brunkert : De ABBA-drummer


Ola Brunkert, één van de extra muzikanten van ABBA, is gestorven na een val op een glazen dak. Brunkert was als drummer te horen op alle albums van ABBA tussen 1976 en het begin van de jaren '80. Alleen bassist Rutger Gunnarsson doet hem na. Voor zijn carrière bij de Zweedse hitmachine had hij zich beziggehouden als jazzdrummer. Hij was één van de meest gevraagde Zweedse muzikanten gedurende de jaren '70 en tourde nog met ABBA in 1977, 1979 en 1980.
Brunkert woonde alleen in zijn villa in Arta, op het Baleareneiland Mallorca. Hij werd dood aangetroffen door de burgerwacht met een gapende halswonde, badend in zijn eigen bloed. De ABBA-drummer werd 62.

zaterdag 15 maart 2008

Michael Campbell : Mikey Dread


Mikey Dread, in Europa vooral bekend van zijn werk met The Clash, is in Connecticut aan een hersentumor overleden. Michael Campbell, zoals zijn echte naam luidde, begon zijn carrière met Barber Saloon, waar hij zich meteen deed opmerken door zijn sing-jaystijl, ergens tussen parlando en zang. In 1977 begon hij zijn invloedrijke radioshow Dread at the Controls, waar hij niet koos voor de buitenlandse artiesten die toen de Jamaïcaanse radios domineerden, maar voor reggea, werk van eigen bodem. Tegen dat het programma 2 jaar later werd afgevoerd wegens 'te wild' was Dreads naam ook gemaakt bij de Britse punks. Hij ging toeren en opnemen met The Clash en bezorgde reggea zo een ruimer publiek. Hij producete de de single Bankrobber en verschillende tracks van Sandinista, waar hij zelf op te horen is. Later werkte hij ook met UB40. Mikey werd 54.




woensdag 12 maart 2008

Lazare Ponticelli : Le dernier poilu

Lazare Ponticelli is overleden. Hij was de laatste overgebleven Franse veteraan uit de Eerste Wereldoorlog. Geboren als Làzzaro in Italië verhuisde hij in 1907 naar Frankrijk. In 1914, bij het uitbreken van de oorlog, loog hij over zijn leeftijd (hij was toen slechts 16) om bij het Franse Vreemdelingenlegioen in dienst te gaan. In 1915 moest hij dan overschakelen naar het Italiaanse leger omdat Italië zich bij de Geallieerden aansloot. Hij geraakte gewond in Tirol tijdens gevechten met het Oostenrijks-Hongaarse leger; Ponticelli werd door artillerievuur in zijn hoofd geraakt, wat hij op miraculeuze wijze overleefde. In 1918 zat hij terug aan het front, waar hij enkele gasaanvallen overleefde. In de Tweede Wereldoorlog werd hij te oud bevonden voor actieve dienst, maar in 1942 sloot hij zich aan bij het Franse verzet.
In de jaren '30 stichtte hij samen met zijn broers een buizen- en metaalfabriek - die overigens nog steeds bestaat. Ponticelli, die sinds 1939 het Franse staatsburgerschap had, werd 110. Hoewel hij eerst een staatsbegrafenis had geweigerd, stemde hij daar later toch mee in uit naam van alle mannen en vrouwen die tijdens de Eerste Wereldoorlog gestorven zijn.

vrijdag 7 maart 2008

Leon Greenman : 'An Englishman in Auschwitz'

Leon Greenman, de enige Engelsman die ooit in Auschwitz heeft vastgezeten, is overleden. Greenman kwam uit Londen, maar woonde in Nederland met zijn Nederlandse vrouw Esther en Barney, hun zoontje van drie, toen de Duitsers er binnenvielen. Heel de familie werd in 1943 naar Auschwitz gedeporteerd. Esther en Barney overleefden het niet. In april 1945 werd hij door de Amerikanen bevrijd uit Buchenwald. Na de oorlog bracht hij de rest van zijn leven door met te vertellen wat hij heeft meegemaakt in Auschwitz en de vijf andere kampen waar hij gevangen heeft gezeten. Hij bracht zijn memoires uit onder de titel An Englishman in Auschwitz. In 1988 ontving hij nog de Order of the British Empire van koningin Elizabeth II.
Greenman, die nooit meer hertrouwde en geen kinderen naliet, werd 97.

donderdag 6 maart 2008

Norman Smith, de Jeroen Maes van The Beatles en Pink Floyd

De Britse muziekproducent en sound engineer Norman Smith heeft zijn powerknopje definitief uitgedraaid. Hij werd 85 jaar oud. Hij was een van de mannen achter de knoppen bij de eerste studioalbums van The Beatles: in de begindagen als geluidstechnicus, vanaf 1965 zelfs als producent. Het laatste Beatlesalbum waar hij aan meewerkte was Rubber Soul uit datzelfde jaar.

Vanaf 1967 begon hij te werken met een nieuwe jonge en beloftevolle groep: Pink Floyd. Hij werkte mee aan de albums The Piper at the Gates of Dawn, A Saucerful of Secrets, en Ummagumma. Tijdens de opnames van de song 'Remember a day' lag drummer Nick Mason van Pink Floyd enigzins in de knoop met zijn drumlijn. Smith wist echter welke kant hij op wilde met de song en nam zelf de percussie vooor zijn rekening.

Na zijn producerscarrière nam Norman Smith, onder de artiestennaam Hurricane Smith zelf nog een aantal albums op. In 1972 had hij ook een hit te pakken in het Verenigd Koninkrijk met 'Don't let it die'. Met "Oh babe what would you say" haalde hij zelfs de charts in de VS.

Norman Smith had een hand in zowat 180 Beatlessongs

Een grappig fragmentje: Norman Smith over "She loves you" van The Beatles

Leonard Rosenman: meer dan achtergrondmuziek

De Amerikaanse filmcomponist Leonard Rosenman heeft op 83-jarige leeftijd na een hartaanval de film van zijn leven voor zijn geesteesoog zijn voorbijflitsen. Of hij er zelf de soundtrack bij schreef is niet bekend. (ik weet het: ver gezocht qua grap, maar als jullie het beter kunnen: have a try!). Rosenman kreeg in de jaren zeventig Oscars voor de muziek die hij schreef voor 'Barry Lyndon' en 'Bound for Glory'.

Rosenman gold al als gevestigd componist toen zijn vriend James Dean hem voorstelde aan regisseur Elia Kazan. Die vroeg hem vervolgens de muziek voor 'East of Eden' (1955) te schrijven. Ook de muziek van 'Rebel without a cause' uit datzelfde jaar was van Rosenman. Rosenman componeerde ook veel voor televisie en won twee Emmy's, de belangrijkste Amerikaanse televisieprijzen. Voor zijn muziek voor de films 'Cross Creek' (1983) en 'Star Trek IV: The voyage home' (1986) kreeg hij een Oscarnominatie.

woensdag 5 maart 2008

Intermezzo : 55 jaar zonder de Rode tsaar

Het moet niet altijd treuren zijn als er iemand dood is. Vandaar dat we de mensheid en de zieke geesten die dit forum bezoeken even aan het volgende willen herinneren; vandaag is het exact 55 jaar geleden dat Josif Vissarionovitsj Dzoegasjvili, het beroemdste (en beruchtste) Georgische exportproduct, de pijp aan Maarten gaf. Jawel, Vadertje Stalin, de man die miljoenen Russen een enkel ticket richting goelag of ander martelkamp bezorgde, besloot er op 5 maart 1953 de brui aan te geven. Alhoewel; het verhaal gaat dat Stalin op een ochtend zijn kamer niet uitkwam en dat het uren duurde voor iemand het lef had ongevraagd naar binnen te gaan - er werden er voor minder op reis naar Siberië gestuurd. De Rode Tsaar lag ondertussen verlamd van een beroerte op het tapijt. Een ander verhaal vertelt dat hij vergiftigd werd door zijn KGB-chef, de beul Lavrenti Beria en dat de partij-elite rustig rond zijn bed stond terwijl hij al schreeuwende met zijn armen om zich heen sloeg. Een passend einde voor de man waar Ta Mok en anderen na hem nog een puntje aan kunnen zuigen.
Geniet nog even na (knipoog naar u, Jos) van de onderstaande collectie Sovjet-propaganda à la Stalin met op de achtergrond nog een mooi liedje op de koop toe. Tussen haakjes: de man die zeker de Dode Despoot 1953 zou hebben gewonnen werd toch nog 74.

dinsdag 4 maart 2008

Gary Gygax: Dungeon Geek


Vandaag rolden voor de laatste maal de veelzijdige dobbelstenen voor Gary Gygax, en hun verdict was genadeloos. De bedenker van het Dungeons & Dragons rollenspel is niet meer.
Gygax verwierf roem en bekendheid, in de eindeloos fascinerende wereld van de nerds en geeks althans, als de maker van het bekendste "pen en papier" fantasy-rollenspel aller tijden: Dungeons & Dragons. Dankzij hem konden talloze gebrilde breinen zich na de dagtaak in hun krijgers-, paladijnen- of tovenaars-alter ego hullen en hun onbegrensde fantasie de vrije loop laten. Samen met gelijkgestemden wierpen zij hun tot twintig zijden tellende teerlingen rond een kartonnen speelbord, waarop zij hun Tolkienesque avonturen beleefden.
In de jaren tachtig werden de ingenieuze mathematische regels van het D&D - ondertussen AD&D: Advanced Dungeons & Dragons - naar computerinstructies vertaald en een nieuw game-genre werd geboren: RPG. De komst van het internet gaf daar later nog een extra dimensie aan, in de vorm van MMPORGs (Massive Multiplayer Online Roleplaying Games), zodat millioenen spelers zich thans verslaven aan hun gefantaseerde nevenleven in plaatsen zoals World of Warcraft. En daar bovendien nog een flinke duit voor betalen.
Voor Gary Gygax, die 69 werd, schalle ten laatste male de +20 Horn of Sorrow.

maandag 3 maart 2008

Les Humphries (67): al drie maanden dood, nu pas bekend gemaakt


Dilemma voor de organisatoren van de denderende Dodenwake: Les Humphries, zanger van de Sixtiesband Les Humphries Singers is dood. Tot daar geen probleem voor de van geen kleintje vervaarde organisatoren van het jaarlijkse herdenkingsfestijn. Ware het niet dat Les Humphries al een tijdje onder de zoden ligt. Hij kreeg een hartaanval op tweede kerstdag van vorig jaar. Strikt genomen moest de man dus al herdacht geweest geworden zijn in de vorige editie. Soit, volgende keer wat beter opletten en onderzoekswerk verrichten, Kris. Verzachtende omstandigheid: het nieuws werd pas nu bekendgemaakt.


Begin van de jaren '70 verwierven de Les Humphries Singers bekendheid met nummers als 'Mama Loo', 'Kansas City' en vooral 'Mexico' uit 1972. De band werd in Hamburg opgericht en was een multicultureel gezelschap.De groep bracht de flair van de hippiebeweging in de hitlijsten. In 1976 vertegenwoordigden ze Duitsland op het Eurovisie Songfestival met 'Sing Sang Song'. Onder de leden valt Liz Mitchell op, die later frontvrouw van Boney M zou worden, en John Lawton, die een wel heel rare carrièrewending maakte als frontman van Uriah Heep. De groep ging eind de jaren zeventig uit elkaar, nadat Humphries in zijn thuisland Engeland problemen kreeg met de fiscus.


Di Stefano : De Tenor van Callas

Guiseppe Di Stefano is vredig ingeslapen in zijn woning in de omgeving van Milaan. De tenor Di Stefano was één van de grote operastemmen van de vorige eeuw en het voorbeeld van wijlen Pavarotti (herinner u de Dodenwake 2007). Hij verwierf vooral bekendheid door zijn veelvuldige optredens met Maria Callas - vandaar zijn bijnaam 'de tenor van Callas', die zijn fans hem meegaven. In de jaren '50 en '60 was hij wellicht de bestbetaalde zanger ter wereld. Helaas voor hem staken vanaf 1963 zijn eerste stemproblemen de kop op. In 1964 moest hij door een jongere zanger vervangen worden - ineens het begin van de carrière van Pavarotti. Verschillende comeback-pogingen mislukten, zodat hij in de jaren '80 finaal afscheid nam van het toneel. In 2004 werd Di Stefano in zijn woning aan de Keniaanse kust overvallen, waardoor hij in een coma terechtkwam. Hij werd overgevlogen naar Milaan, waar hij uiteindelijk zijn laatste adem uitblies. De tenor van Callas werd 86.

Jeff Healey: de blinde bluesrocker

De blinde Canadese Bluesrocker Jeff Healey is op zijn 41ste de pijp uit gegaan. Healey viel op door zijn aparte manier van gitaarspelen: hij legde zijn gitaar plat op zijn schoot. Jeff Healey speelde samen met een aantal groten uit de blues- en rockwereld: B.B. King, Stevie Ray Vaughan, George Harrison, Mark Knopfler Ian Gillian (Deep Purple) en Jimmy Rogers.

Van het album “See the light” uit 1988 verkocht Jeff Healey meer dan een miljoen exemplaren in de Verenigde Staten. Het nummer Hideaway werd genomineerd voor de Grammy awards. In zijn latere carrière richtte Healey zich meer op de traditionele jazz, zijn echte passie. Hij nam zijn versies op van jazz standards uit de jaren ’20 en ’30. Zijn laatste plaat, Mess of Blues, komt in april uit in Europa. Het is zijn eerste rockplaat in acht jaar.

Het leven van Jeff Healey was niet bepaald een sprookje. Toen hij 1 jaar oud was kreeg hij retinoblastoom, een tumor in het oog. Zijn beide ogen moesten geamputeerd worden. In 2005 kreeg hij opnieuw kanker, ditmaal in zijn benen. In 2007 moesten er ook tumoren uit zijn longen verwijderd worden. Hij kreeg bestraling en chemotherapie, maar dat baatte niet.

Wetenswaardigheidje: Healey was een fervent vinylverzamelaar: hij had thuis meer dan 25 000 langspelers in de kast staan.

Ivan Rios : Geen goede dagen voor de FARC


De leiding van de FARC ziet af de laatste tijd. Na de dood van Raul Reyes is het nu de beurt aan Ivan Rios, het jongste lid van het (ooit) zevenkoppige FARC-Secretariaat. In tegenstelling tot Reyes werd Rios - echte naam Manuel Munoz Ortiz - door zijn eigen mannen afgeknald in een berggebied van de West-Colombiaanse provincie Caldas. Op 6 maart kwam een FARC-lid met de naam 'Rojas' uit de bossen met een afgehakte rechterhand, een laptop en een identiteitskaart - allemaal van wijlen Rios. 'Rojas' had hem blijkbaar drie dagen eerder neergelegd.
Rios werd 45.

zondag 2 maart 2008

Paul Raymond : 'The king of Soho'

Als u ons aller Klemens in zwarte rouwsluier over straat ziet wandelen, is het omdat Paul Raymond is gestorven, de man die 50 jaar geleden de eerste live stripteasetent in het Londense Soho opende en uitgroeide tot de Britse pornokoning. In de volgende decennia bouwde hij een porno- en immobiliënimperium uit en verwierf bekendheid als 'de koning van Soho'.
Raymond - echte naam Geoffrey Anthony Quinn - gaf bovendien verschillende porno- en mannenbladen uit, met titels als Razzle en Mayfair. Het repertoire strekte zich uit van onderhoudende erotiek tot harde seks. 'Hij werd dan ook vaak omschreven als de Britse tegenhanger van Hugh Hefner.
Het grote geld verdiende Raymond evenwel niet met de porno-industrie maar in de vastgoedsector. Toen de politie eind de jaren '70 de seksshops van Soho liet sluiten, maakte hij gebruik van de dalende prijzen om hele straten op te kopen.
Raymond werd 82.

zaterdag 1 maart 2008

Raul Reyes : FARC nr. 2

Het Colombiaanse leger heeft op Ecuadoriaanse bodem Luis Edgar Devia Silva, beter bekend als Raul Reyes, de tweede man van de FARC, platgebombardeerd. Reyes was een lid van het Secretariaat - de leiding van de marxistisch-leninistische guerilla-organisatie. Hij was ook het gezicht van de FARC, die zowel nationale als internationale journalisten paf liet staan door zijn Koude Oorlogretoriek. Reyes was ook verantwoordelijk voor de cocaïnehandel van de FARC (de voornaamste bron van financiën voor de guerilla's) en zou medeplichtig zijn aan de dood van honderden mensen die de FARC op de één of de andere manier hadden gedwarsboomd, of die gewoon in de weg liepen. De Amerikanen boden tot $5 miljoen voor eenieder die informatie kon verschaffen die tot zijn arrestatie zou leiden. Een ander slachtoffer van de luchtaanval die Reyes het hoekje om hielp was Julian Conrado, een FARC-bevelhebber die bekend stond voor zijn composities van revolutionaire ballades.
Reyes werd 59.