vrijdag 30 januari 2009

Vader van de 'Triphop' overleden

In een Iers ziekenhuis is de Schotse singer-songwriter-gitarist John Martyn overleden. Hij was zestig. Martyn, die tijdens zijn carrière een twintigtal platen uitbracht, wordt gezien als de grondlegger van de triphop en was een belangrijke invloed op groepen als U2 en Portishead.

Martyn groeide op in Glasgow en ontwikkelde als tiener een unieke gitaarstijl, die hem tijdens de sixties tot een sleutelfiguur maakte van de Londense folkscene. Hij deelde er het podium met figuren zoals Bert Jansch, Al Stewart en Ralph McTell. In 1968 was hij de eerste blanke artiest die een contract kreeg bij Chris Blackwells Islandlabel en debuteerde hij met de lp London Conversation. Later begon hij ingrediënten uit jazz en blues door zijn muziek te mengen en experimenteerde hij met allerlei effectapparatuur.

John Martyn vormde een poosje een duo met zijn vrouw Beverley Kutner en maakte in 1973 de klassieker 'Solid Air', waarvan de titeltrack was opgedragen aan zijn vriend Nick Drake. Ook ontwikkelde hij een mompelende zangstijl, waarmee hij het geluid van een tenorsax imiteerde. 'One World', waarop hij samenwerkte met Steve Winwood en dubproducer Lee 'Scratch' Perry, was een andere mijlpaal. Aan die plaat dankt hij zijn bijnaam 'vader van de triphop'.

Martyn worstelde zijn hele leven met een hardnekkige drugs- en alcoholverslaving en een neiging tot zelfvernietiging, zeker na zijn scheiding van Beverley. Die donkere periode staat centraal op het meesterwerk 'Grace and Danger' uit 1980. "Anderen houden dagboeken bij, ik maak platen", dixit de zanger. "Mocht ik mezelf beter onder controle hebben, mijn werk zou niet half zo boeiend zijn."

Vanaf Glorious Fool raakte de artiest steeds meer in de ban van de groove. John Martyn was een tegendraadse muzikant voor wie compromissen uit den boze waren en net die houding stond een grote commerciële doorbraak in de weg. Toch werkte hij tijdens zijn vier decennia omspannende carrière vaak samen met bewonderaars zoals David Gilmour (Pink Floyd) en Phil Collins. Zijn 'May You Never' werd gecoverd door Eric Clapton en ook Axelle Red nam onlangs een nummer van hem op. Zijn bekendste song is 'Couldn't Love You More'.

In 2003 diende een deel van zijn rechterbeen te worden geamputeerd. Sindsdien trad Martyn op in een rolstoel. Vorig jaar verscheen zijn retrospectieve cd-box 'Ain't No Saint' en kreeg hij van de BBC een Lifetime Achievement Award. Begin deze maand werd hij opgenomen in de Order of the British Empire.

Hans Beck : De vader van de Playmobil

Hans Beck is niet meer. De creatieve Duitser is verantwoordelijk voor het uitvinden van de Playmobil. Beck begon zijn speelgoedcarrière door voor zijn kinderen kleine voertuigjes en mannetjes in elkaar te prutsen. Begin jaren '70 vroeg de baas van Brandstätter, het bedrijf waar hij werkte als kastenmaker en ook nog modelvliegtuigjes in elkaar stak, om speelgoedfiguurtjes voor kinderen te verzinnen. Na drie jaar kwam Beck op de proppen met wat heden ten dage Playmobil is. De poppetjes waren allemaal 7,5 centimeter groot en hadden beweeglijke armen en benen. Zijn chef was er aanvankelijk niet echt overtuigd dat Beck een gat in speelgoedmarkt had gevonden, maar liet hem rustig verderdoen. De oliecrisis van '73 hielp hem een handje. Brandstätter zag dat de olieprijzen de lucht invlogen en eiste dat er met minder solide materiaal betere producten gemaakt werden. Zo kwam in 1974 de eerste Playmobil op de markt. De eerste reeks bestond uit Indianen, bouwvakkers en ridders. Vanaf 1975 werd het product wereldwijd verkocht. Ondertussen zijn er al zo'n 2,2 miljard poppetjes van de band gerold. Ze worden uitgevoerd naar 70 landen. Brandstätter realiseerde vorig jaar nog een omzet van €452 miljoen. Beck zelf ging in 1999 met pensioen, net voor de 25e verjaardag van zijn uitvinding. Op de Wereldexpo van Hannover in 2000 was hij nog één van de 100 Duitse persoonlijkheden die geëerd werden met een standbeeld in het Duitse paviljoen. De vader van de Playmobil werd 79.

woensdag 28 januari 2009

Billy Powell: toetsenist van Lynyrd Skynyrd

Lynyrd Skynyrd is na zijn originele zanger en zijn originele gitarist nu ook zijn eerste toetsenist kwijt. Billy Powell, zo heette de man. Hij overleefde in 1977 de vliegtuigcrash waarin zanger en gitarist omkwamen, maar legde 31 jaar na datum nu toch het loodje op 56-jarige leeftijd.

Powell trad tot de groep toe in 1973, drie jaar na de stichting van de band. In de seventies scoorde de groep uit Alabama grote hits als "Sweet Home Alabama", "Tuesday's Gone" en "Free Bird". Na de vligtuigcrash hield de groep 10 jaar op te bestaan, maar in 1987 kropen de survivors samen met de jongere broer van de eerste zanger weer op het podium.

John "Rabbit" Updike: Auteur van "The witches of Eastwick"


De beroemde Amerikaanse schrijver John Updike, meervoudig winnaar van de Pulitzerprijs en auteur van de tetralogie "Rabbit", is vandaag op 76-jarige leeftijd aan longkanker overleden. Updike behoorde tot het zeldzame slag schrijvers dat kwaliteit en hoge oplages combineerde.

Op een halve eeuw tijd pende Updike, een traditioneel gelover in de merites van de noeste arbeid, meer dan vijftig romans neer. Updike schreef ook kortverhalen, gedichten, literaire kritiek en zelfs een essay over een baseball-legende.

De in Reading, Pennsylvania, geboren Updike geldt als een productief én erudiet auteur, als chroniqueur par excellence van het naoorlogse Amerikaanse imperium, in het bijzonder de Amerikaanse obsessie met seks, het huwelijk en de scheiding. Zijn werk is een voorbode van het postmodernisme, dat zich vaak in het spanningsveld tussen de trivialiteit van het leven en de transformatie ervan door de Literatuur afspeelt. Naar zijn eigen zeggen wordt het leven zin gegeven door de heilige drievuldigheid van seks, kunst en religie.

Bekendst is allicht zijn Rabbit-trilogie, bestaande uit "Rabbit, run" (1958), "Rabbit Redux" (1971) en "Rabbit is rich" (1981). Hoofdfiguur in deze tetralogie is de kleinsteedse atleet Haary 'Rabbit' Angstrom. Bekend is ook, al is het maar door de Hollywoodverfilming, zijn roman "The witches of Eastwick".

dinsdag 27 januari 2009

Jozef Seynaeve: Gewezen abt van Sint-Sixtusabdij Westvleteren

Dom Herman Jozef Seynaeve, de vijfde abt van de Sint-Sixtusabdij in Westvleteren, is op 87-jarige leeftijd overleden in het klooster rustoord Sint-Jan in Zelzate.

Dom Herman Jozef werd geboren in Izegem op 4 april 1921 en deed zijn intrede in de Sint-Sixtusabdij in Westvleteren op 21 november 1940. Zijn plechtige professie vond plaats op 27 december 1945. In Brugge werd hij op 22 mei 1948 tot priester gewijd.
In de abdij bekleedde hij verschillende functies: kaasmaker, bakker, ondernovicenmeester van de lekebroeders, verantwoordelijke voor de brouwerij en gastenpater. Op 27 september 1953 werd hij subprior en op 8 februari 1954 prior. Op 16 juni 1968 werd hij tot vijfde abt verkozen. Op 3 april 1978 vroeg hij om gezondheidsredenen ontslag.

zaterdag 24 januari 2009

Alfred Van Roy : De oervader van de Palm

De volgende keer dat u een Palm in uw handen heeft, bedenk dan dat dat te danken is aan Alfred Van Roy. Helaas is die grootheid veel te vroeg van ons heengegaan. Alfred werd in 1913 geboren als zoon van Arthur Van Roy en Henriette De Mesmaecker. Vader Arthur had toen nog maar enkele jaren daarvoor, in 1908, De Hoorn overgenomen, een afspanning annex boerderij annex stokerij annex brouwerij. Vanaf 1928 boog Alfred zich mee over de ketels met zijn vader maar, niet tevreden met wat hij daar kon leren, trok hij naar Brussel om daar avond- en weekendlessen te volgen in de brouwerij-afdeling van het Sint-Aloisius. Toen werd daar nog de 'Speciale Belge' gebrouwen, een Brabant bier van hoge gisting. Dit zou mee aan de wieg staan van wat later de Palm zou worden. Van Roy's grote doorbraak - en die van zijn bier - beleefde hij met de Expo '58. Alfred was bij loting terechtgekomen op de centrale plaats op het marktplein, in het midden van het 'Ancienne Belgique'. Het Palmhof, zoals het proeflokaal noemde, stond daarmee midden in het centrum van de belangstelling; elke uitzending van de televisie over de Expo was er wel ergens een goed gevuld Palmglas in beeld en zelfs op de postkaarten prijkte het Palmhof van Van Roy. De brouwerij verwierf nationale bekendheid. Alfred bleef zich permanent bijscholen en omringde zich steeds met de beste adviseur-wetenschappers en meesterbrouwers. Om de familiecontinuïteit te verzekeren haalde hij in 1974 Jan Toye over om mee de leiding over de brouwerij op zich te nemen. Toye was de neef van Alfreds vrouw Aline en de kleinzoon van Maria Roman. Met de hulp van Toye breidde Palm zich uit binnen en over de grenzen. De brouwerij van Rodenbach kwam bijvoorbeeld in hun handen terecht. In 2003 werd de oervader van de Palm nog passend geëerd met de Palm Royale, het feestbier gemaakt ter ere van zijn negentigste verjaardag. Vorig jaar nog werd Alfred van Roy 95 en zijn opvolger 60. Heel Groot Londerzeel werd toen getrakteerd op ne Palm Royale en Alfred werd ereburger gemaakt. "Ik zie het als een bekroning van mijn jarenlange carrière en gehechtheid aan deze gemeente. Dat de brouwerij geliefd is tot ver daarbuiten is mijn grootste geluk", aldus Van Roy toen nog. Helaas, in de nacht van donderdag op vrijdag overleed Alfred Van Roy stilletjes in zijn slaap. De man die ons - om er maar een paar te noemen - de Palm, den Dobbel Palm en de Palm Royale bracht, werd 95. Drinkt er eentje op zijn gezondheid...

woensdag 21 januari 2009

René Michaux : De rijkswachter die niks vond

René Michaux is dood. Michaux was de rijkswachter die in augustus 1995 door zijn oversten werd belast met operatie Othello - het opsporen van de verdwenen meisjes Julie en Mélissa. De rijkswacht had sterke vermoedens dat ene Marc Dutroux de twee had ontvoerd en besloot dat op eigen houtje te gaan napluizen. Michaux slaagde er vervolgens in om de ene blunder na de andere op te stapelen, iets wat hem de rest van zijn leven - en daarna - nog zou blijven achtervolgen. Michaux en de zijnen vielen op 13 december 1995 de woning van Dutroux binnen en betraden de kelder. Daar hoorde Michaux, in zijn eigen woorden, "gefluister", dat van kleine meisjes leek te komen. Hij dacht dat ze van buiten kwamen en riep "Stilte!" - waarna het ook effectief stil werd. Michaux, zich van geen kwaad bewust, kwam tot de conclusie dat er in de kelder niks te vinden was en vertrok. Dat macabere huzarenstukje herhaalde hij nog eens op 19 december, toen hij wéér de kelder van Dutroux binnenviel. Deze keer nam hij kettingen in beslag die voor An en Eefje waren gebruikt en een hoop videobanden waarop Dutroux bezig was om een verluchtingssysteem te bouwen tussen zijn kelder en de gelijkvloers. Op die banden stond eigenlijk de weg naar de kooi waar Dutroux zijn slachtoffers vasthield, maar die werden blijkbaar nooit bekeken. Volgens Michaux hadden ze op dat ogenblik geen videospelers. Ook waarschuwingen van collega's liet hij naast zich liggen. Weer had Michaux niks gevonden. Het resultaat is bekend. Acht versies zou Michaux later van zijn verhaal geven, die elkaar overal tegenspreken. De rijskwachttop zette hem gewoon weer aan het werk, waarna Michaux - een verstokte kettingroker die vaak rondhing in cafés - zich zat liet voeren en stukken doorspeelde van een onderzoek naar de Russische maffia, dat ook de mist inging. Ooit zou hij de waarheid opschrijven, proclameerde hij in een hele reeks Franstalige debatprogramma's. Dat is er niet van gekomen. Michaux werd in oktober 2008 opgenomen in het ziekenhuis. De ziekenhuisbacterie kreeg hem te pakken en daarna liet een darmontsteking hem niet meer los. René Michaux werd 55.

dinsdag 20 januari 2009

Wil Huygen : Leven en werken van de Kabouter

De Nederlandse auteur Wil Huygen is vorige woensdag in zijn woonplaats Bilthoven gestorven op 86-jarige leeftijd. Het overlijden werd nu pas bekend gemaakt. Huygen was vooral bekend van het boek Leven en werken van de Kabouter en de sequel De Oproep der Kabouters die hij samen met tekenaar Rien Poortvliet schreef. De 2 leerden mekaar begin jaren '70 kennen tijdens het jagen en in 1976 zag Leven en werken van de Kabouter het licht. Het werd een enorme bestseller die vorig jaar zijn 60ste druk kende. Huygen werd wereldberoemd nadat de Engelse vertaling Gnomes werd gepubliceerd. Het is overigens vertaald in 21 talen.
Leven en werken van de Kabouter is een "wetenschappelijk" werk waarin Huygen de leefgewoonten, voeding, habitat, geschiedenis, verschillende species, anatomie etc van kabouters analyseert. Het boek werd geschreven met instemming van de kabouters. Postuum zal dit jaar nog het derde kabouterboek van Wil Huygen, getiteld De Wereld van de Kabouter, worden gepubliceerd.

vrijdag 16 januari 2009

Andrew Wyeth : Christina's World

Andrew Wyeth is gestorven. Wyeth was één van de bekendste Amerikaanse schilders van de twintigste eeuw. Omwille van zijn populariteit bij het amerikaanse publiek werd hij ook wel The People's Painter genoemd. Wyeth leerde de schilderkunst van zijn vader, Newell Convers wyeth, die een 3000-tal schilderijen maakte en 112 boeken illustreerde, onder meer de klassiekers Treasure Island, Kidnapped and The Boy's King Arthur. Zoontje Wyeth had het meer voor realistische, met fotografische precisie geschilderde landschappen, met een voorkeur voor verlaten plekken en bruine en grijze tinten. Het geheel straalde meestal een hunkerende, melancholische sfeer uit. Wyeths werken zijn te bewonderen in het Moma en het Metropolitan Museum of Art in New York. De echte fans gaan echter naar het Brandywine River Museum in Chadds Ford; daar hangen drie generaties Wyeth aan de muren - Andrew Wyeths zoon werd namelijk ook schilder. Een gekend werk van Wyeth waren de Helga Pictures, 247 studies van zijn buurvrouw, Helga Testorf. Zijn beroemdste schilderij is echter Christina's World (1948), waarin een in het roze geklede jonge vrouw een helling opkruipt met op de top een Victoriaans huis. Wyeth overleed rustig in zijn slaap. Hij werd 91.


woensdag 14 januari 2009

Ricardo Montalban: KHAAAAANNNN!!!!


Ricardo Gonzalo Pedro Montalbán Merino, of kortweg Ricardo Montalban voor fans en collega's, vertoeft sinds kort op het Grote Fantasie-eiland in de hemel.
De Mexicaanse Montalban was gedurende vele decennia film-, televisie- en theateracteur en hij belichaamde enkele beroemde personages. Zo speelde hij van 1977 tot 1984 "Mr. Roarke" in de televisieserie Fantasy Island, waar mensen van alle slag hun diepste fantasieën in vervulling konden zien gaan - tegen een prijsje wel te verstaan. Dat ging braver dan u zich nu inbeeldt...
Montalbans bekendste rol was echter die van Star Trek-slechterik "Khan Noonien Singh", in wiens huid hij voor het eerst kroop in 1967, voor de aflevering "Space Seeds." Later, in 1982, mocht hij dat opnieuw doen; deze keer voor het witte doek, in de film Star Trek II: The Wrath of Khan.
Ricardo Montalban stierf in zijn huis te Californië, op 88-jarige leeftijd.

[Het beroemde fragment uit Star Trek II - om auteursrechtelijke redenen kunnen we het hier niet gewoon inplakken. U zal dus zelf moeten klikken...]

dinsdag 13 januari 2009

Patrick McGoohan: De gevangene eindelijk ontsnapt.

Patrick McGoohan is vandaag gestorven. Hij werd tachtig.
McGoohan zal vooral herinnerd worden om zijn rol als "Number Six," uit de zweverige sciencefictionreeks The Prisoner. Nostalgici zullen zich de bizarre lotgevallen herinneren van de onbenoemde geheimagent die op een dag, zonder verdere uitleg, zijn ontslag geeft en kwaad naar huis gaat. Daar wordt hij bevangen door een verdovend gas en onbestemde tijd later wordt hij wakker op een vreemd eiland, bestuurd door een mysterieuze organisatie die de reden van zijn ontslag wil achterhalen. "Number Two," de grote boze baas op het eiland en elke aflevering een ander personage, speldt hem het label "Number Six" op. Elke aflevering probeert Number Six, die hardnekkig elke medewerking weigert, te ontsnappen, wat hem elke keer mislukt. Hierop wordt Number Two steevast uit zijn functie ontzet en vervangen.

De serie neemt het moderne publiek ook mee terug naar een tijd waarin een begingeneriek de volle drie minuten mocht duren:

maandag 12 januari 2009

David Vine : The Face of Snooker

De voormalige BBC-presentator David Vine is op 73-jarige leeftijd overleden. Vine begon zijn carrière bij the beeb in 1966. Hij werkte hoofdzakelijk bij de sportdienst en presenteerde onder andere A Question of Sport, Match of the Day en de tv-uitzendingen van Wimbledon. Ook verzorgde hij ooit het commentaar bij het Eurovisiesongfestival en de Miss World verkiezing. Vooral bekend werd David Vine echter als de man die van 1978 tot zijn pensioen in 2000 de uitzendingen van het snooker aan elkaar praatte. Niet voor niets zou hij bekend komen te staan als 'Mister Snooker' of 'The Face of Snooker'. David Vine met zijn schitterende "deep gravel voice" was een schoolvoorbeeld van traditionele BBC-degelijkheid. Dat snooker in de loop der jaren meer aanzien is gaan krijgen wordt voor een groot stuk aan de aanwezigheid van deze keurige Britse gentleman toegedicht. 6-voudig wereldkampioen snooker Steve Davis drukte het in het BBC-tribuut als volgt uit: "Looking back into snooker's history, it had a bit of a misspent youth image. Anybody in the snooker world who loved snooker was always aware that the game seemed to be a second class sport, as if it didn't have the respect it deserved. And having David Vine at the helm gave it that respect."

David Vine stierf in zijn woonplaats Henley-on-Thames aan een hartaanval. Het volledige In Memoriam dat zijn collega's van de BBC uitzonden tijdens de finale van de Masters afgelopen zondag, kan u hieronder bekijken.

Claude Berri : Du Poulet aux Ch'tis

Claude Berri heeft de geest gegeven. De Franse regisseur, producent, scenarioschrijver en acteur werd beschouwd als de grootmeester van de contemporaine Franse film. Berri, geboren als Claude Berel Langmann, vloog al bij zijn twee film in de prijzen: zijn kortfilm Le Poulet (1962, uitgekomen in 1965) won in 1966 de Oscar voor de beste fictie-kortfilm. Daarvoor had hij al een bescheiden carrière uitgebouwd als acteur (begonnen in 1953). Zijn beroemdste films waren het tweeluik Jean de Florette en Manon des Sources (beiden uit 1986). Andere bekende namen waren Le Vieil Homme et l'Enfant (1967), Le Mâle du Siècle (1975), Je vous aime (1980) en Germinal (1993). Ook twee Asterix-films kwamen van zijn hand: Astérix et Obélix contre César (1999) en Astérix et Obélix: Mission Cléopatre (2002). De man was in Frankrijk wereldberoemd, daarbuiten ging het echter wat minder. Enkele van zijn films kregen wel een Engelse versie, met als laatste het beroemde en beruchte Bienvenue chez les Ch'tis (2008), dat in de Engelstalige versie Welcome to the Sticks zal heten. Bienvenue chez les Ch'tis werd dé grootste kaskraker van Frankrijk en stootte ineens Titanic van die plek. Naar de lotgevallen van de Ch'tis kwamen meer dan 20 miljoen mensen kijken. En passant schoot de film wel in heel Noord-Frankrijk in het verkeerde keelgat. Les Ch'tis werd opgenomen in Sint-Winoksbergen, in Frans-Vlaanderen, maar iedereen in de film sprak er Ch'timi (een Picardisch patois), wat reacties uitlokte van de plaatselijke Nederlandssprekenden. Jean-Marie Le Penn gooide nog wat olie op het vuur door de hoofdrolspelers af te doen als "Arabieren" (als reden waarom hij de film niet goed vond). Tot nader order blijft Bienvenue chez les Ch'tis echter ongeklopt. Claude Berri werd 74.

En hier de trailer van Bienvenue chez les Ch'tis:

zaterdag 10 januari 2009

Bill Stone : One of the Last Old Contemptables

William Frederick "Bill" Stone is overleden. Stone was één van de laatste Britse veteranen van de Eerste Wereldoorlog. Hij was ook de op één na laatste veteraan die ook in de Tweede Wereldoorlog gevochten heeft. In 1915 - Bill was toen 15 - probeerde hij al in het leger te geraken, maar zijn vader weigerde de nodige papieren te tekenen omdat zijn andere drie zonen al in de hel van de Groote Oorlog zaten. Op zijn 18e verjaardag, 23 september 1918, sloot hij zich aan bij de Royal Navy als stoker aan boord van de slagkruiser HMS Tiger. Hij was nog in training toen de Oorlog afliep, maar bleef in de marine. Hij diende nog op de HMS Hood van 1922 tot 1924, die later in de andere oorlog in frut vaneen werd geschoten door de Bismarck. In de Tweede Wereldoorlog was hij ondertussen opgeklommen tot chefstoker en zo beleefde hij de evacuatie van het Britse leger in Duinkerken mee aan boord van de mijnenveger HMS Salamander. Hij werd twee keer getorpedeerd, waarvan één keer toen hij diende op de lichte kruiser HMS Newfoundland. Bij de invasie van Sicilië kreeg hij een speciale vermelding, de Mention in Despatches, voor zijn betoonde moed. Na de oorlog en zijn pensioen in 1968 opende hij een kapperswinkel, waar hij ook nog sigaretten en tabak verkocht. Nog niet zo lang geleden werd Stone in het midden van de straat tegengehouden door een jonge man die begon te klagen dat hij belastingen moest betalen voor het onderhoud van de veteraan. Bill antwoordde daarop ijskoud dat als hij er niet geweest was, hij niet eens belasting zou kunnen betalen. Stone's recept voor lang leven? "Clean living, be a contented man and a trust in the Lord. My motto is to keep going.' Hij was vorig jaar aanwezig op 11 november om het einde van Wereldoorlog I te herdenken, dan 90 jaar geleden, samen met twee andere veteranen Henry Allingham (nu 112) en Harry Patch (nu 110). Hij overleed rustig, omringd door familieleden, in het rusthuis waar hij al twee jaar verbleef nadat hij op zijn 106 zijn heup had gebroken. Bill Stone werd 108.

woensdag 7 januari 2009

Ray Steckler : Cash Flagg

Ray Dennis Steckler is overleden. Steckler werd beroemd / berucht onder zijn (hoofd)pseudoniem Cash Flagg. In de late jaren '50, na een korte flirt met het leger, stortte de Amerikaan zich in de filmindustrie. Tot vlak voor zijn dood zou de man de ene B-film na de andere op de markt smijten. In 1964 begon hij in dat genre door The Incredible Strange Creatures Who Stopped Living and Became Mixed-Up Zombies te maken. Steckler produceerde en regisseerde de hele prent onder het pseudoniem Cash Flagg - de naam waaronder hij ook zelf in de film acteerde. Mixed-Up Zombies werd zo de eerste 'monster musical' (hij versloeg de tweede, The Horror on Beach Party, met slechts een maandje verschil). In 1964 was het ineens ook de langste filmtitel tot dan toe. Het eerste idee voor de titel was The Incredible Strange Creatures, or Why I Stopped Living and Became a Mixed-Up Zombie, maar daar kreeg Steckler bijna een proces mee aan zijn been met Kubrick's Dr. Strangelove (ook uit 1964). Na het succes van Mixed-Up Zombies liet hij nog andere klinkende titels als Rapt Pfink a Boo Boo (1966, een Batman-parodie), Sinthia, The Devil's Doll (1968), The Mad Love Life of a Hot Vampire (1971) en The Hollywood Strangler Meets the Skid Row Slasher (1979) op de wereld los. In de jaren '70 en '80 stortte hij zich ook in de porno-industrie, met allerlei rariteiten tot gevolg - om van de titels nog maar te zwijgen. Steckler regisseerde ook de videoclip voor White Rabbit van The Jefferson Airplane. Andere pseudoniemen van Steckler (om er maar een paar te noemen) waren Sven Christian, Sven Hellstrom, Harry Nixon, Michael of Michel J. Rogers, Wolfgang Schmidt en zijn porno-pseudoniem Cindy Lou Sutters. De man was net klaar met The Incredible Strange Creatures Part 2. "Cash Flagg" werd 70.

Met de trailer van The Incredible Strange Creatures Who Stopped Living and Became Mixed-Up Zombies krijgt u al een mooi idee van het werk van Cash Flagg...:


Bob Wilkins : The Creature Features

Bob Wilkins is van ons heengegaan. Wilkins was het brein en het gezicht van Creature Features, een populaire tv-show op de zender KTVU in de San Francisco Bay Area, die tussen 1971 en 1982 furore maakte door het spelen van extreem slechte (of moet ik zeggen, misbegrepen?) Sci-Fi en horrorfilms. Het magistrale Plan 9 From Outer Space van Ed Wood Jr. bijvoorbeeld passeerde er de revue (ineens ook de eerste vertoning van de prent in het San Francisco Bay Area), en George A. Romero's Night of the Living Dead - nog een notoire klassieker in het genre - beleefde zijn tv-wereldpremière op Creature Features. Wilkins hanteerde een extreem droge vorm van humor die hij vooral losliet op de vertoonde films, wat, samen met zijn onafscheidelijke sigaar, het handelsmerk van de show werd. In 1978 kwam daar nog een kinderprogramma bij op dezelfde zender, Captain Cosmic, dat series zoals Spectreman, the Space Giants, Ultraman en Johnny Sokko de ether inzond. De hoofdbrok werd geïmporteerd uit Japan, maar af en toe sprong er ook een good old Hollywood classic zoals Flash Gordon in. Hier had Wilkins nog een sidekick in de vorm van de robot 2T2, gebaseerd op R2D2 van Star Wars. Zijn laatste jaren werden overschaduwd door Alzheimer. Bob Wilkins werd 78.

En hier kan u de intro van Creature Features bewonderen:


dinsdag 6 januari 2009

Ron Asheton: gitarist van The Stooges


Ron Asheton richtte in 1967 samen met zijn broer Scott (drummer), Dave Alexander (bassist) en Iggy Pop (zanger, fenomeen) het fijne popgroepje The Stooges op. Als gitarist en songwriter op de twee eerste albums schonk hij de wereld de onsterfelijke en onverwoestbare riffs van o.a. I Wanna Be Your Dog en No Fun. Later werd hij bedankt voor zijn gitaarspel en probeerde hij het nog even als bassist, maar in 1974 splitte de groep onder druk van Iggy’s heroïneperikelen.

Asheton leende daarna zijn diensten nog aan wat andere groepjes en speelde hier en daar een soundtrack in. Ook acteerde hij in de eighties en nineties van de vorige eeuw in enkele eerder bedenkelijke horrorflicks, te weten Mosquito, Frostbiter: Wrath of the Wendigo en Legion of the Night. Om u een idee te geven, hier is de trailer van Mosquito:



Bij de reünie van The Stooges in 2003 was Ron er weer helemaal bij, en dit keer weer mét zijn gitaar. Prompt mocht hij een eervolle 29ste plaats claimen in Rolling Stone’s 100 Greatest Guitarists of All Time.

Op 6 januari 2009 vond men het lichaam van de zestigjarige Asheton in zijn huis in Ann Arbor (Michigan). Men vermoedt dat de man al op Nieuwjaarsdag was bezweken aan een hartaanval.

zondag 4 januari 2009

India : US Presidential Cat

India is dood. India, volledige naam India "Willie" Bush, was de zwarte kat van George W. Bush en zijn vrouw Laura. Het beest had het dubieuze genoegen om meer dan tien jaar bij de familie Bush te wonen. In het land India waren ze in ieder geval niet echt tevreden met de naamkeuze van de 43e president van de US of A voor zijn huisdier. In de Zuid-Indische staat Kerala bijvoorbeeld werden 101 honden omgedoopt tot "Bush" als protest tegen de naam India. Eigenlijk kwam de naam van de baseball-speler Ruben Sierra, die als bijnaam "El Indio" had en die voor de Texas Rangers speelde toen Bush eigenaar was van het team. India werd in ieder geval 18 jaar oud. Een doodsoorzaak is niet bekend. Misschien had het beest er na tien jaar Bush uiteindelijk genoeg van.

Lei Clijsters: Limburgse Libero

Leo "Lei" Clijsters overleed op 52-jarige leeftijd aan de gevolgen van longkanker. Leo Clijsters werd geboren op 9 november 1956 in Opitter, een deelgemeente van het Limburgse Bree. Sport was de rode draad doorheen het leven van Lei Clijsters. Op jonge leeftijd koos hij voor het voetbal en speelde hij zijn eerste wedstrijden bij het plaatselijke Opitter FC, waar zijn talent niet onopgemerkt bleef. Hij stond gekend als een echte "libero" oftewel "laatste man", maar tekende toch voor enkele belangrijke doelpunten, waarbij hij ondanks zijn kleine gestalte toch mee oprukte bij hoekschoppen.

Clijsters startte zijn carrière zoals gezegd bij Opitter FC in Opitter. Daarna speelde hij o.a. bij Club Brugge, SK Tongeren, Patro Eisden, Thor Waterschei, KV Mechelen en Club Luik. In zijn KV Mechelen-periode was hij als verdediger ook een vaste waarde in de nationale ploeg van België en won hij in 1988 de Gouden Schoen. Grootste triomf was waarschijnlijk de 1-0 overwinning van KV Mechelen tegen het grote Ajax op 11 mei 1988 te Straatsburg, waardoor kapitein Lei Clijsters de Europabeker voor Bekerwinnaar in de lucht mocht steken.

Hij heeft tevens de WK's van 1986 in Mexico en van 1990 in Italië meegemaakt. Nadien heeft hij enkele jaren als trainer gewerkt bij Patro Eisden, AA Gent, SK Lommel, KV Mechelen en Diest.

Ook bekend waren zijn dochter Kim Clijsters en Elke Clijsters. Tijdens de succesvolle tenniscarrière van zijn dochter Kim hield hij zich als manager en vader vooral op de achtergrond. Nadat ze was gestopt met tennissen, pakte Clijsters de draad als trainer weer op bij KSK Tongeren. Toen echter bekend raakte dat hij aan een ernstige ziekte leed, trad hij terug uit de schijnwerpers...

vrijdag 2 januari 2009

Maria de Jesus : De oudste op 115 lentes

Maria de Jesus heeft de pijp aan Maarten gegeven. Het kranige Portugese dametje was bij haar overlijden officieel de oudste persoon die op dit aardse tranendal vertoefde: 115 jaar en 114 dagen. In 1919 was ze getrouwd met José dos Santos en in 1951 werd ze weduwe. Maria had vijf kinderen, waarvan er nu nog drie in leven zijn. Daarnaast had ze elf kleinkinderen, zestien achterkleinkinderen en zes achterachterkleinkinderen. In al die jaren is ze slechts één keer naar het ziekenhuis gegaan. Alleen haar mobiliteit liet de laatste jaren wat te wensen over (ik wil u wel eens zien ronddartelen op 115). Heel haar leven werkte ze op de velden en zoals de meeste van de weinigen die boven de honderd geraken, leefde ze tot op het einde in haar eigen huis. Haar familie herkennen ging wel wat moeilijker omdat ze ersntige problemen had met haar gezichtsvermogen en haar gehoor. Haar bezigheden waren het doorbladeren van oude familie-albums, het eten van Portugese rijstpudding en ijs en een goed bad pakken. Maria was tevens de laatste levende persoon die nog in 1893 geboren was. Na de dood van de Maria de Jesus is de oudste mens ter wereld nu de Amerikaanse Gertrude Baines (114).

donderdag 1 januari 2009

Helen Suzman : Icoon tegen de apartheid

Helen Suzman is gestorven. Suzman was een blanke Zuid-Afrikaanse politica die jarenlang op eenzame hoogten stond in haar strijd tegen het apartheidsregime. In 1949 sloot ze zich aan bij de Verenigde Party, die haar in 1953 naar het parlement zond. Daar zou ze tot 1989 blijven zetelen. In 1959 ging ze over naar de Progressiewe Party, die in 1977 zou opgaan in de Progressiewe Reformiste Party. In 1961 leed haar partij een grote verkiezingsnederlaag en hierdoor vormde Suzman gedurende dertien jaar een eenmansfractie in het parlement. Geheel in haar eentje streed ze tegen de apartheid en voor rechten voor de zwarte bevolking - geen enkel ander Zuid-Afrikaans parlementslid deed het haar na. Ze stemde tegen de invoering van racistische wetten door de Nasionale Party en in 1967 ging ze op bezoek bij Nelson Mandela, die toen nog vastzat op het Robbeneiland. Ze zou hem nog verschillende keren bezoeken en Suzman en Mandela werden goede vrienden. In 1996 stond ze naast Mandela toen deze de nieuwe grondwet van Zuid-Afrika ondertekende. Haar tijd in het parlement was op zijn zachtst gezegd een zwaar karwei: ze was een Engelssprekende vrouw met Joodse roots die geen blad voor de mond nam in een huis dat gedomineerd werd door Calvinistische Afrikaner-mannen. Op een bepaald moment beschuldigde een minister haar ervan dat ze Zuid-Afrika beschaamde met haar vragen, waarop Suzman antwoordde: "It is not my questions that embarrass South Africa; it is your answers". Ze werd twee keer genomineerd voor de Nobelprijs voor de Vrede en overleed uiteindelijk in haar woning in Johannesburg op Nieuwjaarsdag. Ze was 91.

Aarne Arvonen : De laatste Fin

Aarne Armas 'Arska' Arvonen is van ons heengegaan. Arvonen was de laatste overlevende veteraan van de Finse Burgeroorlog van 1918. Hij diende toen in de Rode Garde (de Punakaarti), het Finse communistische leger, die uiteindelijk verslagen werden door de Witte Garde van maarschalk Mannerheim (de stichter en latere president van Finland). Hij was tevens de laatste nog levende Fin die in de 19e eeuw geboren was en daarenboven de oudste geverifiëerde Fin ooit. Na de oorlog huwde hij en leefde hij met zijn vrouw en twee dochters in Helsinki. Zijn vrouw overleed in 1938. In 2005 leefde hij nog steeds in een door hem eigenhandig gebouwde huis. Iets later moest hij gehospitaliseerd worden voor nefritis, een nierontsteking. Hij overleefde het maar was blind geworden en had een hoorapparaat nodig. Arvonen had de gewoonte om op zijn verjaardag naar het plaatselijke café MacArthur te gaan - iets wat hij pas in 2008 opgaf, omdat hij toen echt wel te oud werd. Hij was ook een stichtend lid van de Finse amateurastronomiegemeenschap Ursa. Zijn lidmaatschap duurde 87 jaar. Aarne Arvonen werd uiteindelijk 111.

Nizar Rayan : Hamas nummer 1

Israël is Gaza nog eens binnengewandeld en Hamas zal het geweten hebben. De eerste (en de meest indrukwekkende) die er aan mocht geloven was Nizar Rayan. Rayan had een PhD in Islamitische studies en was een leidende autoriteit op het gebied van de Hadith (uitspraken van de profeet Mohammed). Hij had een persoonlijke bibliotheek van 5.000 boeken in zijn kelder en preekte regelmatig in de Moskee van de Martelaren in Jabalia. Rayan heeft zijn eigen zoon op zelfmoordmissie gestuurd, met twee doden tot gevolg. Hij was ook één van de bezielers van de Slag van Gaza van 2007, waar 400 Fatah-leden bij omkwamen. Volgens een woordvoerder van Hamas was het dankzij Nizar Rayan dat velen van de manschappen van de Palestijnse president Mahmoud Abbas 's nachts geen oog konden dichtdoen. Het is zelfs mogelijk (aldus nog altijd diezelfde spreekbuis) dat Abbas zelf aan israël gevraagd zou hebben om Rayan naar de andere wereld te helpen. Israël had voor Rayan geen enkel bestaansrecht en van het Joodse volk kon hij ook al geen goed woord zeggen. Op nieuwjaarsdag viel er een Israëlische bom van één ton op het huis van de Hamasleider. Hijzelve, zijn vier vrouwen en elf van zijn kinderen overleefden het niet. Rayan werd 49.