Mercedes Sosa was vooral in Latijns Amerika zeer populair. Toen ze 15 jaar was, won ze een talentenwedstrijd georganiseerd door een lokale radiozender. Ze kreeg de kans om 2 maanden op te treden. Het was echter wachten tot 1959 tot haar eerste plaat "La Voz de la Zafra" verscheen. In totaal zou ze meer dan 40 platen maken.
Haar muziek stond dichtbij de maatschappij en het volk. Haar man, Manuel Óscar Matus, en zij werden aanzien als de pioniers van het 'Neuva Cancion'. Ze waren de eersten die traditionele Latijns-Amerikaanse muziek combineerden met moderne pop- en rockmuziek. Ze waren de grondleggers van deze muziekstroming.
Mercedes was een fervent voorvechter van de mensenrechten. In de jaren zeventig leidde dat tot problemen. In 1976 werd ze op het podium in La Plata gearresteerd door de militaire junta. Ze verhuisde naar Europa. Pas in 1982, enkele weken voor het regime instortte als gevolg van de Falklandoorlog, keerde ze terug naar Argentinië. Ze gaf er verschillende optredens in het 'Opera Teatro Colón', waar ze veel van haar jongere collega's uitnodigde. Hierna startte ze meerdere grote tournees doorheen heel Latijns-Amerika, maar zong ze ook in het Lincoln Center (New York) en Théatre Mogador (Parijs). In de jaren negentig was ze vaak ziek, maar dat weerhield haar niet om in 1994 in de Sixtijnse Kapel (Vaticaanstad) te zingen en in 1998 een grote tournee te doen doorheen Argentinië. En in 2002 waren de concerten in Carnegie Hall (New York) en het Colloseum (Rome) steeds uitverkocht. Ze werkte samen met tal van bekende artiesten, onder wie Luciano Pavarotti, Sting, Shakira en Andrea Bocelli.
Deze rijk gevulde carrière leverde haar natuurlijk prijzen op. In 2000, 2003 en 2006 won ze de Award voor 'Best Folk Album' bij de Latin Grammy Awards. Dit jaar werd ze genomineerd voor 'Best Folk Album' en 'Best Album of the Year'.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten