Robaina begon op zijn tiende mee te helpen op de kwekerij van zijn vader in Vuelta Abajo. Toen begon hij ook, althans zo beweerde hij zelf, sigaren te roken. Vroeg geleerd is oud gedaan. Toen Castro in 1959 de dictator Batista had buitengesmeten, begon el Commandante onmiddellijk met grote landhervormingen door te voeren. Robaina was toen al een naam in de Cubaanse tabakindustrie en slaagde er zowaar in om de kersverse leider ervan te overtuigen dat de sigaren niet in coöperaties gestopt moesten worden en genationaliseerd. Volgens hem was het noodzakelijk om de boerderijen in handen te laten van de plaatselijke families, die al generaties lang hun tabaksplanten beheerden en er zo ook het beste van afwisten. Dankzij Robaina zijn de meeste sigarenfabrieken in Pinar del Río nu nog in privé-handen.
Robaina werd al snel een legende. Hij kreeg The Godfather als bijnaam en werd wereldberoemd. Iedereen wou zijn waren proeven. Toen hij ooit eens op een audiëntie was bij koning Juan Carlos van Spanje waar Sting ook rondliep, vroeg die laatste de Cubaan om een handtekening. Robaina beweerd ook dat hij één van de enige was die ooit een argument gewonnen heeft tegen Castro - alleen al daarom verdiende hij een speciale vermelding.
Zijn enige spijt was dat hij zijn Robaina-sigaren nooit legaal kon verkopen in de VS omwille van het embargo dat sinds de jaren '60 over Cuba hing. De sigarenkoning van Cuba werd 91.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten