zaterdag 3 juli 2010

Abu Daoud : De Olympische Spelen in München

In de vroege uurtjes van 5 september 1972, midden in de Olympische Spelen van München, werd er ingebroken in het Olympisch Dorp, waar de Israëlische delegatie overnachtte. Het waren 8 tot de tanden gewapende leden van de Zwarte September-Beweging, een splintergroepering van het Palestijnse Fatah van Yasser Arafat. Het grootste deel van het Israëlische team werd gegijzeld. De terroristen eisten dat Israël meer dan 230 Palestijnen vrij zou laten en eiste van de West-Duitse regering de vrijlating van de twee Duitse radicalen Andreas Baader en Ulrike Meinhof, de stichtende leden van de Rote Armee Fraktion. Om hun eisen kracht bij te zetten smeten ze het lijk van de worstelcoach Moshe Weinberg uit het raam. Die had hun eerder al aangevallen bij hun gijzelneming. De atleten waren immers allemaal reservisten in het Israëlische leger - van scherpschutters tot veteranen van de Zesdaagse Oorlog.

De West-Duitse regering poogde de Israëlis te bevrijden, maar die vlieger ging niet op: het resultaat van de hele gijzelactie, die op 6 september ten einde liep, was elf Israëlische doden en vijf van de terroristen. De drie overlevende Palestijnen werden gearresteerd, maar later vrijgelaten toen Zwarte September een passagiersvliegtuig van Lufthansa kaapte. De overlevende gijzelnemers werden daarna genadeloos opgejaagd door de Mossad. Alleen Jamal al-Gashey leeft nu nog. De rest is het hoekje omgeholpen door de Israëlische veiligheidsdienst.

Het hele gebeuren herinnerde de wereld er nog eens pijnlijk aan dat er in het Midden-Oosten ook nog problemen waren. En dat was nu net de bedoeling van Abu Daoud. Daoud, geboren als Mohammed Oudeh, was het brein achter de hele operatie. De avond van 4 september had hij nog samen met de terroristen gaan eten in München, waar ze samen het plan nog eens overliepen.
Het plan was nooit om de atleten te vermoorden, benadrukte Daoud later in interviews (o.m. voor de film Munich van Steven Spielberg). Maar hun dood, daar had hij geen spijt van. Het waren tenslotte militairen. Het doel heiligt de middelen, aldus Daoud. Voor München waren we simpele terroristen, zo zei hij. Na München, ging iedereen zich ten minste afvragen wie ze waren en vooral waarom ze het gedaan hadden.

In 1999 erkende hij zijn aandeel in het bloedbad. Hij geraakte nooit meer terug in Ramallah, waar zijn familie nog leefde. Een dag nadat hij in Syrië was opgenomen in een ziekenhuis, overleed hij aan nierfalen. Abu Daoud werd 73.

Geen opmerkingen: