zondag 27 februari 2011

Frank Buckles : The Last Doughboy


De laatste Amerikaanse veteraan van de Eerste Wereldoorlog heeft ons verlaten. Frank Woodruff Buckles was de oudste nog overlevende veteraan van de Groote Oorlog. Toen de Amerikanen zich in 1917 ook gingen moeien in de grote slachtpartij tussen de grote Europese mogendheden van die tijd, was Buckles nog maar 16. Hij wou per se mee de grote plas over en loog dat het geen naam meer had om daar te geraken. Toen hij zei dat hij 18 was, wou niemand hem geloven, maar uiteindelijk liet één recruiteur hem toch door de mazen van het net glippen. Het was 14 augustus 1917.

Buckles werd direct op de boot gezet, de RMS Carpathia, dat vijf jaar daarvoor nog overlevenden van de RMS Titanic had helpen redden. Eenmaal in Europa werd hij onderverdeeld bij de 1st Fort Riley Casual Detachment.

Tot zijn grote frustratie (geluk?) kwam hij nooit in de gevechten terecht. Zijn eerste 6 maanden moest hij rondrijden met motorfietsen en ambulances. Na dat half jaar slaagde hij er eindelijk in om naar Frankrijk te worden overgeplaatst - maar dan naar Bordeaux, aan de andere kant van het land, mijlenver van de gevechten. Daar moest hij een Amerikaanse luitenant escorteren.

Tot aan de Wapenstilstand zou hij geen actie zien. Eenmaal 11 november 1918 voorbij, moest hij 650 Duitse krijgsgevangenen terug naar Duitsland voeren. Die Duitsers bleken zowaar vriendelijk en beschaafd te zijn en brachten hun tijd door met het organiseren van orkesten. Slechts één keer kwam hij dicht bij een gevecht met een Duitser, een krijgsgevangene. Maar voor Buckles en zijn Duitse tegenhanger op elkaar konden slagen, werden ze uit elkaar gehaald... door een Duitser. In januari 1920 mocht Buckles terug naar huis.

In de jaren '40 werkte hij in Manila op de Filippijnen, waar hij in 1942 gevangengenomen werd door de binnenstormende Japanners. De volgende 3,5 jaar zat hij weg te rotten in een Japans krijgsgevangenenkamp. Toen hij in 1945 gered werd, woog hij nog maar 50 kg en leed hij aan beriberi.

Na de oorlog trouwde hij en kocht hij een ranch in West Virginia, waar hij de rest van zijn leven doorbracht. De laatste jaren, toen duidelijk werd dat hij de laatste Amerikaan was die de Eerste Wereldoorlog nog had meegemaakt en er in had gevochten, kreeg hij meer aandacht en werd hij geregeld geïnterviewd. Op 1 februari was hij net 110 geworden. Hij overleed aan natuurlijke oorzaken en krijgt het voorrecht van een begrafenis op Arlington National Cemetery.
Met de dood van Buckles is er nu eigenlijk nog maar één veteraan meer over: de Brit Claude Choules, 109 jaar, die in de Britse marine zat en nu in Australië woont. Naast Choules is er ook nog Florence Greene, 110, die in september 1918 serveuse was in de officierskantine van de RAF in Engeland.

vrijdag 18 februari 2011

Walter Seltzer : Soylent Green

In 1935 maakte Walter Seltzer een reclamecampagne voor Mutiny on the Bounty, de laatste nieuwe film van MGM. Daar modderde hij twee decennia aan, tot hij in 1955 belast werd met de marketing rond de film Marty met Burt Lancaster. Hier schreef hij voor de eerste keer filmgeschiedenis: de campagne rond Marty was de eerste waar er meer van het budget werd opgedaan aan reclame voor de Oscars dan om de film zelf te maken (zelfs al was hij maar low budget). Het moet geholpen hebben, want Marty won uiteindelijk vier Oscars.
Tegen het einde van de jaren '50 hielp hij mee in Marlon Brando's productiemaatschappij. Vanaf het daaropvolgende decennium zou hij zijn hoogdagen beleven. Samen met zijn goede vriend, de aflijvige Charlton Heston, zou hij een reeks films maken die zijn naam voorgoed zouden vestigen. De twee beroemdste waren The Omega Man (1971) en het ongeëvenaarde Soylent Green (1973).
Toen de jaren '70 op hun einde liepen, stopte Seltzer met het maken van films en ging hij de volgende veertig jaar wijden aan het Motion Picture and Television Fund, dat zich ontfermde over ouder wordende acteurs en anderen in de industrie. Hij voorzag onder meer in een hospitaal en een rusthuis.
In dat rusthuis overleed hij ook aan een longontsteking, 96 jaar oud.

En hier de trailer van Soylent Green:

donderdag 3 februari 2011

Maria Schneider : Last Tango in Paris


In 1972 kwam Last Tango in Paris van Bernardo Bertolucci in de zalen. De film ging over een weduwenaar die in Parijs een anonieme seksuele relatie begint met een vrouw die op het punt staat om te gaan trouwen. De afspraak is dat geen van beide ook maar enige persoonlijke informatie met de ander deelt, zelfs geen naam. De aflijvige Marlon Brando speelde de weduwenaar, de toekomstige bruid was weggelegd voor Maria Schneider. De film was één en al controverse, met de boterscène als grootste shockeffect, zeker in 1972.
Schneider zei later dat ze zich soms verkracht voelde, zowel door Brando als door Bertolucci. Brando zou pas vijftien jaar later terug praten met de Italiaanse regisseur. Nochtans was ze zelf niet helemaal vrij van controverse. De jaren '70 waren niet haar beste jaren. Ze beweerde van zichzelf in 1974 dat ze 'bisexual complete' was en dat ze al met vijftig mannen en twintig vrouwen de lakens had gedeeld. Marihuana, heroïne, cocaïne, allemaal geen probleem voor de Française, met een paar overdosissen en een zelfmoordpoging erbovenop. In 1976 verliet ze de set van Caligula (ook al niet vies van wat naakt, om het zacht uit te drukken) om naar een mentaal hospitaal in Rome te gaan, samen met een andere vrouw die ze als haar minnares omschreef.
Vanaf de jaren '80 kwam ze weer terug op het rechte pad en tot 2008 verscheen ze nog op het witte doek. De laatste tango bleef haar echter heel haar leven achtervolgen. Ze overleed aan kanker, 58 jaar oud.